Mijn Kifid

Uitspraak 2009-48

Klachteninstituut Financiële Dienstverlening – Postbus 93257 – 2509 AG – Den Haag –
Tel. 070 333 89 60 – Fax 070-3338969 – www.kifid.nl
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 48 d.d. 16 juni 2009
(mr R.J. Verschoof, voorzitter, mr drs M.L. Hendrikse en mr M.M. Mendel)
1. Procedure
De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende
stukken:
– het door de Ombudsman Financiële Dienstverlening overgelegde dossier;
– de klacht, ontvangen 28 april 2008;
– het vragenformulier van 17 mei 2008;
– het antwoord van Aangeslotene van 17 september 2008;
– de repliek van Consument van 4 oktober 2008; en
– de dupliek van Aangeslotene van 21 oktober 2008.
De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële
Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.
De Commissie heeft vastgesteld dat het geschil zich leent voor een afdoening op stukken als
bedoeld in artikel 16.4 van haar Reglement.
De Commissie heeft vastgesteld dat partijen het advies als bindend zullen aanvaarden.
2. Feiten
De Commissie gaat uit van de volgende feiten:
2.1 Consument heeft vanaf 30 maart 2007 zijn aanhangwagen casco verzekerd bij
Aangeslotene. De maximale dekking bedraagt blijkens het polisblad € 2.000,-.
2.2 Op 16 februari 2008 was Consument betrokken bij een aanrijding als gevolg waarvan
er sprake was van totaal verlies van de aanhangwagen van Consument. Consument
heeft de schade gemeld aan Aangeslotene.
2.3 In artikel 26 van de toepasselijke Voorwaarden motorrijtuigenverzekering staat –
voor zover hier relevant – over de vaststelling van de schade het volgende vermeld:
2/4
‘(…)
b Als het motorrijtuig totaal verloren is, vergoeden wij het verschil tussen de
waarde ervan onmiddellijk voor de gebeurtenis en de restantwaarde. Van totaal
verlies is sprake als:
● het motorrijtuig geheel vernietigd is (technisch totaal verlies);
(…)
Als er sprake is van totaal verlies van het motorrijtuig hebben wij in alle gevallen
het recht om te bepalen aan wie het wrak wordt overgedragen.
(…)
d Nieuwwaarderegeling
Voor het vaststellen van de waarde van een personenauto of motor onmiddellijk
vóór de gebeurtenis, hanteren wij een speciale afschrijvingsregeling in
onderstaande gevallen:
· een personenauto met een nieuwwaarde van maximaal € 50.000, inclusief
BTW, of een motor met een nieuwwaarde van maximaal € 15.000,- inclusief
BTW (…).
2.4 Aangeslotene heeft de schade op basis van het hiervoor onder 2.3 geciteerde artikel
26 lid b van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering aan Consument vergoed. De
dagwaarde is door Aangeslotene vastgesteld op € 1.700,- inclusief BTW, de
restantwaarde op € 475,- inclusief BTW. Het restant van de aanhangwagen is door
Consument behouden en Aangeslotene heeft € 1.225,- aan Consument uitgekeerd.
3. Geschil
3.1 Consument maakt aanspraak op uitkering van de schade aan zijn aanhangwagen
conform artikel 26 lid d van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering en vordert
van Aangeslotene nog vergoeding van € 945,75.
Deze vordering steunt, kort en zakelijk weergegeven, op de volgende grondslag:
– Ten onrechte heeft Aangeslotene de schade aan de aanhangwagen vastgesteld
conform artikel 26 lid b van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering. De
aanhangwagen valt, wanneer deze gekoppeld is aan de personenauto, zowel in
juridische als in verzekeringstechnische zin onder het begrip ‘personenauto’
als bedoeld in artikel 26 lid d van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering,
zodat vaststelling van de schade conform laatstgenoemd artikel had moeten
plaatsvinden.
3/4
3.2 Aangeslotene heeft, kort en zakelijk weergegeven, het volgende als verweer
aangevoerd:
– In artikel 26 lid d van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering staat dat
Aangeslotene in een aantal limitatief genoemde gevallen voor het vaststellen
van de waarde van een personenauto of motor onmiddellijk vóór de
gebeurtenis een speciale afschrijvingsregeling, de zogenaamde
nieuwwaarderegeling, hanteert. Deze nieuwwaarderegeling geldt dus alleen
voor personenauto’s en motoren en is niet van toepassing op aanhangwagens.
In de brochure Motorrijtuigen (bladzijde 2 en 11) en op de website van
Aangeslotene wordt de nieuwwaarderegeling ook alleen bij personenauto’s en
motoren genoemd.
– Het is verzekeringstechnisch wel zo dat de schade die met de aanhangwagen,
gekoppeld aan de personenauto, aan anderen wordt toegebracht verzekerd is
op de polis van de trekkende personenauto, maar dit geldt niet voor de
cascoschade aan de aanhangwagen. Hiervoor bestaat nu juist de
Aanhangwagenverzekering. Dit staat ook uitgelegd op de website van
Aangeslotene en in de brochure Motorrijtuigenverzekering. In deze brochure
staat op p. 16:
‘Voor aanhangwagens achter een personen- of bestelauto geldt dat het WArisico
(de schade die u met de aanhangwagen aan anderen toebrengt) altijd is
meeverzekerd op de polis van het trekkende voertuig. Schade aan de
aanhangwagen zelf, verzekert u met de (…) aanhangwagenverzekering’.
4. Beoordeling
4.1 Naar het oordeel van de Commissie volgt uit het hiervoor onder 2.3 geciteerde
artikel 26 lid d van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering dat de
nieuwwaarderegeling slechts van toepassing is bij de vaststelling van de waarde van
een personenauto of motor.
4.2 Een aanhangwagen kan niet worden aangemerkt als personenauto of motor. Dit
betekent dat artikel 26 lid d van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering niet kan
worden toegepast voor de vaststelling van de schade aan de aanhangwagen van
Consument.
4/4
4.3 Aangeslotene heeft de schadevaststelling derhalve terecht gebaseerd op artikel 26 lid
b van de Voorwaarden motorrijtuigenverzekering, zodat de vordering van
Consument dient te worden afgewezen.
5. Beslissing
De Commissie wijst, als bindend advies, de vordering af.

Bekijk de volledige uitspraak