Mijn Kifid

Uitspraak 2018-496 (Bindend)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-496
(mr. B.F. Keulen, voorzitter, mr. C.E. Polak en mr. dr. S.O.H Bakkerus, leden en
mr. R.A. Blom, secretaris)

 

Klacht ontvangen op        : 30 juni 2017

Ingediend door               : Consument

Tegen                            : DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam,

verder te noemen Verzekeraar

Datum uitspraak             : 9 augustus 2018

Aard uitspraak                : Bindend advies

 

Samenvatting

 

Consument vordert dat Verzekeraar alsnog dekking verleent en de advocatenkosten vergoedt inzake de aansprakelijkstelling van Verzekeraar voor het geschil dat tussen Consument en Verzekeraar is ontstaan over de uitlatingen van Verzekeraar over het dossier van Consument nadat de rechtsbijstand met een vaststellingsovereenkomst was geëindigd. De Commissie wijst de vordering van Consument toe omdat de door Verzekeraar ingeroepen dekkingsuitsluiting in dit geval niet opgaat.

  • Procesverloop De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken en de daarbij behorende bijlagen:

 

  • Het door gemachtigde names Consument ingediende klachtformulier;
  • de aanvullende stukken van Consument van 18 en 21 juli 2017;
  • het verweerschrift van Verzekeraar;
  • de repliek van Consument.De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 30 mei 2018 en zijn aldaar verschenen.
  • FeitenDe Commissie gaat uit van de volgende feiten.
    1. Consument heeft een rechtsbijstandverzekering gesloten bij Verzekeraar (hierna: de ‘Verzekering’).

      Hierop zijn de verzekeringsvoorwaarden ‘Bijzondere Voorwaarden Rechtsbijstandverzekering’ van toepassing (hierna: de ‘Voorwaarden’). De Voorwaarden luiden, voor zover van belang voor de beoordeling van het geschil, als volgt:“Artikel 9(…)Geen rechten aan deze verzekering kunnen worden ontleend bij juridische problemen die voortvloeien uit of verband houden met:Vervolgens kunnen geen rechten worden ontleend aan deze verzekering worden ontleend:

    2. (…)
    3. 2. Algemene uitsluitingen
    4. Aanvullende uitsluitingen en beperkingen

 

  1. bij een juridisch geschil over onderhavige rechtsbijstandverzekering;

(…)

Artikel 10

Verlenen van rechtsbijstand door SRK zelf

(…)

  1. Het SRK is gerechtigd in plaats van (verdere) rechtsbijstand te verlenen, de verzekerde een bedrag aan te bieden ter grootte van het financieel belang. De rechten die ter zake deze gebeurtenis voor de verzekerde voortvloeien uit de verzekering, komen na de betaling van het bedrag te vervallen (afkoop).”

 

    1. Consument heeft rechtsbijstand gekregen voor een geschil met zijn voormalige werkgever (hierna: ‘Wederpartij’).
    2. Op 13 oktober 2016 hebben Consument en Verzekeraar een vaststellingsovereenkomst gesloten waarin is bepaald dat DAS een bedrag van € 37.500,00 aan Consument betaalt, dat DAS in dit dossier geen rechtsbijstand meer zal verlenen en haar dossier definitief sluit. Partijen hebben elkaar over en weer finale kwijting verleend voor het geschil tussen Consument en Wederpartij. In deze vaststellingsovereenkomst is verder opgenomen:“Overwegende dat:
    3. (…)
    4.  
  • DAS en verzekerde afspraken hebben gemaakt over de beëindiging van de verplichtingen van(…)(…) 

 

  • Verzekerde en DAS zullen vertrouwelijk omgaan met de inhoud van deze overeenkomst en zullen hierover geen mededeling doen aan anderen. Partijen zullen geheimhouding betrachten en geen mededelingen aan derden verstrekken. De overeenkomst wordt niet openbaar gemaakt of aan derden verstrekt.”
  • Verklaren te zijn overeengekomen als volgt:
  • DAS op grond van de door verzekerde afgesloten rechtsbijstandverzekering. DAS is tot deze afwikkeling bevoegd op grond van de door verzekerde afgesloten rechtsbijstandverzekering.
      1. Na totstandkoming van de vaststellingsovereenkomst heeft de gemachtigde van Wederpartij contact opgenomen met Verzekeraar. Een medewerker van Verzekeraar heeft aan de gemachtigde van Wederpartij meegedeeld dat Verzekeraar het dossier heeft gesloten.
      2. Consument heeft vervolgens een klacht hierover ingediend bij Verzekeraar. Omdat de klacht niet tot tevredenheid van Consument is opgelost, heeft Consument de klacht bij Kifid ingediend.
  • Vordering, klacht en verweerVordering Consument
    1. Consument vordert dat Verzekeraar alsnog dekking verleent en de advocatenkosten vergoedt inzake de aansprakelijkstelling van Verzekeraar. Grondslagen en argumenten daarvoor
    2. Consument stelt dat hij door de handelwijze van Verzekeraar na totstandkoming van de vaststellingsovereenkomst nu een geschil heeft met Verzekeraar. Verzekeraar is gehouden dekking te verlenen en juridische kosten te vergoeden. Ter onderbouwing van zijn vordering voert consument de volgende argumenten aan:

 

  • De mededeling van de werknemer van Verzekeraar (zie alinea 2.4 hiervoor) is een schending van de geheimhoudingsplicht uit de vaststellingsovereenkomst. Consument wenst Verzekeraar in rechte aansprakelijk te stellen voor het schenden van de geheimhoudingsplicht en heeft op grond van de Voorwaarden recht op rechtsbijstand voor dit geschil.
  • Het geschil valt onder de dekking van de Verzekering nu het niet een geschil betreft over de rechtsbijstandverzekering, er was immers dekking, maar een geschil over de toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de op Verzekeraar rustende verplichting om geheimhouding te betrachten met betrekking tot de vaststellingsovereenkomst. Dientengevolge heeft Consument schade geleden in de vorm van doorlopende kosten van rechtsbijstand omdat de wederpartij na ontvangst van deze inlichtingen niet langer bereid was om te schikken.Verweer Verzekeraar
    1. Verzekeraar heeft de volgende verweren gevoerd.
  • Er is geen dekking voor het geschil tussen Verzekeraar en Consument. Immers uit de voorwaarden volgt:“2. Algemene uitsluitingen(…) 
  • l. bij een juridisch geschil over onderhavige rechtsbijstandverzekering;”
  • Geen rechten aan deze verzekering kunnen worden ontleend bij juridische problemen die voortvloeien uit of verband houden met:
  • Verzekeraar heeft zijn geheimhoudingsplicht niet geschonden. Hij heeft aan de advocaat van de Wederpartij alleen meegedeeld dat Verzekeraar niet meer zou reageren op de brief van 20 september 2016 omdat het dossier was gesloten. Met deze mededeling is niets gezegd over de positie van Consument.
  • Consument heeft zijn stelling dat hij schade heeft geleden niet onderbouwd.
  • Beoordeling
  • Consument en Verzekeraar hebben een geschil over uitlatingen van Verzekeraar over het dossier van Consument, nadat de rechtsbijstand met een vaststellingsovereenkomst was geëindigd. De vraag is of dit geschil tussen Consument en Verzekeraar op grond van artikel 9 lid 2 onder l Voorwaarden van dekking is uitgesloten.
  • Voorop staat dat voor de uitleg van voorwaarden, waaronder verzekeringsvoorwaarden, bepalend is hetgeen partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Hierbij komt het in de eerste plaats aan op de bedoeling van partijen. De vraag hoe in een schriftelijk contract de verhouding van partijen is geregeld en of dit contract een leemte vertoont die moet worden aangevuld, kan niet alleen worden beantwoord op grond van een zuiver taalkundige uitleg van de bepalingen van dat contract. Vergelijk HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635. Bij de uitleg van een contractsbepaling dient mede rekening te worden gehouden met de bijzondere omstandigheden van het geval. De uiteindelijke uitkomst van het uitlegproces is dan een optelsom en een afweging van de van toepassing zijnde bijzondere omstandigheden. Een bijzondere omstandigheid in dezen is het feit dat de uit te leggen bepaling is opgenomen in verzekeringsvoorwaarden waarover niet is onderhandeld door Consument met Verzekeraar. Deze omstandigheid brengt mee dat de toepasselijke verzekerings-voorwaarden in beginsel objectief dienen te worden uitgelegd. Vergelijk r.o. 4.4 van het vonnis van de Rechtbank Arnhem d.d. 9 maart 2011, ECLI:NL:RBARN:2011:BP8420.
  • Verzekeraar stelt dat de discussie over de schending van de vaststellingsovereenkomst valt onder de uitsluiting van artikel 9 lid 2 aanhef en onder l Voorwaarden, omdat de vaststellingsovereenkomst is gesloten ter uitvoering van de rechtsbijstandverzekering. Het geschil vloeit derhalve voort uit of houdt verband met de onderhavige rechtsbijstand-verzekering. Consument stelt dat deze bepaling zich niet uitstrekt tot geschillen over de naleving van een in het kader van artikel 10 lid 4 van de Voorwaarden gesloten vaststellingsovereenkomst.
  • Uit de systematiek van de voorwaarden is naar het oordeel van de Commissie af te leiden dat de aanhef van artikel 9 lid 2 Voorwaarden “Geen rechten aan deze verzekering kunnen worden ontleend bij juridische problemen die voortvloeien uit of verband houden met” ziet op de gevallen onder sub a tot en met h. De daaropvolgende aanhef “Vervolgens kunnen geen rechten worden ontleend aan deze verzekering worden ontleend” ziet op de daarna genoemde gevallen, waaronder ook l: “bij een juridisch geschil over onderhavige rechtsbijstand-verzekering”. Die dekkingsuitsluiting gaat in het onderhavige geval niet op. Het geschil tussen partijen gaat niet over de rechtsbijstandverzekering maar over de vaststellings-overeenkomst. Hieraan doet niet af dat de vaststellingsovereenkomst in verband staat met de afkoopbevoegdheid van Verzekeraar in artikel 10 lid 4 Voorwaarden.
  • Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Verzekeraar ten onrechte een beroep heeft gedaan op de dekkingsuitsluiting van artikel 9 aanhef en onder l Voorwaarden. Het geschil tussen Verzekeraar en Consument valt daarom onder de dekking van de verzekering. Verzekeraar dient alsnog dekking te verlenen voor het geschil onder de rechtsbijstand-verzekering en de overigens in de Voorwaarden genoemde gedekte kosten te vergoeden tot aan het bepaalde kostenmaximum.
  • BeslissingDe Commissie wijst de vordering toe en bepaalt dat Verzekeraar dekking dient te verlenen voor de in de Voorwaarden omschreven gedekte kosten.In artikel 5 van het Reglement van de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening is bepaald in welke gevallen beroep openstaat van bindende beslissingen van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. Daarbij geldt een termijn van zes weken na verzending van deze uitspraak. Op de website van Kifid vindt u praktische informatie over het instellen van beroep. Zie hiervoor www.kifid.nl/consumenten/hoe-wordt-uw-klacht-behandeld.U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 40 van het Reglement.

 

  1.  
Bekijk de volledige uitspraak