Mijn Kifid

Uitspraak 2018-765

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-765
(mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.C. Bek, secretaris)

Klacht ontvangen op        : 26 januari 2018

Ingediend door               : Consumenten

Tegen                           : Quarz Vermogensstrategieën B.V., gevestigd te Utrecht, verder te noemen de Adviseur

Datum uitspraak             : 10 december 2018

Aard uitspraak                : Niet-bindend advies

Samenvatting

De Adviseur heeft Consumenten geadviseerd met betrekking tot de omzetting van een bestaande hypothecaire geldlening. Consumenten stellen dat de Adviseur hen onjuist heeft geadviseerd. De Adviseur heeft, ondanks dat hij daartoe meermaals uitdrukkelijk in de gelegenheid is gesteld, de stellingen en vordering van Consumenten niet weersproken. Nu de vordering van Consumenten de Commissie niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal deze worden toegewezen.

 

  • Procesverloop

 

  1. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken inclusief bijlagen:
  • de door Consumenten ingediende klacht;
  • de aanvullende stukken van Consumenten.De Adviseur is door de Commissie meermaals in de gelegenheid gesteld verweer te voeren, maar heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.De Commissie stelt vast dat de Adviseur heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.De Commissie stelt vast dat het niet nodig is de zaak mondeling te behandelen. De zaak kan daarom op grond van de stukken worden beslist.
  • Feiten

    1. Consumenten hadden een hypothecaire geldlening afgesloten bij Geldverstrekker I.
    2. In 2014 heeft de Adviseur Consumenten geadviseerd met betrekking tot de omzetting van de bestaande hypothecaire geldlening bij Geldverstrekker I naar een hypothecaire geldlening bij Geldverstrekker II.
    3. Op 17 februari 2014 heeft Geldverstrekker II een hypotheekofferte van € 341.000,00 aan Consumenten uitgebracht. In de hypotheekofferte is, voor zover relevant, bepaald:

      (…)(…)

    4. Hoe u dit leningdeel aflost
    5. Bij uw BankSpaar Plus Hypotheek betaalt u rente over het bedrag dat u leent. Daarnaast spaart u maandelijks een bedrag op een geblokkeerde spaarrekening. Op deze spaarrekening ontvangt u rente. Het vermogen dat u met de spaarrekening opbouwt, gebruikt u om dit leningdeel af te lossen aan het einde van de looptijd.
    6. “BankSpaar Plus Hypotheek              U legt eenmalig en vervolgens elke maand een bedrag in
      op uw spaarrekening. Zo spaart u € 180.000,00 bij elkaar. Daarmee lost u dit deel van de lening af.

 

  1. De Commissie gaat bij de beoordeling van dit geschil uit van de volgende feiten:
  • Nationale-Nederlanden opent een geblokkeerde spaarrekening voor u .. Het spaardoel van de spaarrekening is € 180.000,00. Aan het einde van de looptijd lost u dit leningdeel volledig af.
  • Het rentepercentage dat u ontvangt, is gelijk aan het rentepercentage van dit leningdeel: 4,35%
    tijdens de eerste 10 jaar.
  • Het saldo op deze spaarrekening kunt u alleen gebruiken om uw hypotheek af te lossen.”

 

  •  
      1. Consumenten hebben de offerte op 21 februari 2014 voor akkoord ondertekend. De bestaande hypothecaire geldlening (KEW) in box 3 bij Geldverstrekker I is hierdoor omgezet in een hypothecaire geldlening (SEW) in box 1 bij Geldverstrekker II.
      2. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft de vergunning van de Adviseur op
        4 september 2018 ingetrokken. Per deze datum is tevens de aansluiting van de Adviseur bij Kifid beëindigd. De Adviseur reageert niet op telefonische en schriftelijke verzoeken van Consumenten en Kifid.
  • Vordering, klacht en verweer

    1. Consumenten vorderen € 42.573,00.Grondslagen en argumenten daarvoor
    2. Deze vordering steunt, kort weergegeven, op de volgende grondslag. Consumenten stellen dat de Adviseur niet heeft gehandeld zoals van een redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur mag worden verwacht. De Adviseur heeft hen onjuist geadviseerd, waardoor zij in de veronderstelling verkeerden dat zij een voordelige spaarhypotheek hadden.
      In 2017 kwamen Consumenten erachter dat de constructie die zij bij Geldverstrekker I hadden niet in die vorm kon worden omgezet naar Geldverstrekker II.

 

    1. Vordering van Consumenten
  • Beoordeling

    1. Aan de Commissie liggen de vragen voor of de Adviseur de op hem rustende zorgplicht jegens Consumenten heeft geschonden en de door hen gevorderde schade dient te vergoeden.
    2. De Commissie stelt vast dat tussen partijen een overeenkomst van opdracht zoals bedoeld in artikel 7:400 e.v. Burgerlijk Wetboek (BW) tot stand is gekomen. Uit hoofde van hetgeen is bepaald in artikel 7:401 BW dient de Adviseur de zorg van een goed opdrachtnemer in acht te nemen, hetgeen in de praktijk neerkomt op de zorg die van een redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur mag worden verwacht (zie Hoge Raad 10 januari 2003, NL 2003,375). Het uitgangspunt is dat de Adviseur aansprakelijk is voor de negatieve gevolgen van het gegeven advies indien een redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur een dergelijk advies niet zou hebben gegeven. In verband daarmee is Aangeslotene ertoe gehouden om voldoende duidelijke en juiste informatie te verstrekken, waardoor Consumenten in de gelegenheid worden gesteld om een goed geïnformeerde en verantwoorde keuze te maken en zelfstandig een beslissing te nemen om het gegeven advies al dan niet op te volgen.
    3. Consumenten hebben gesteld dat zij onjuist zijn geïnformeerd en geadviseerd met betrekking tot de oversluiting van de hypothecaire geldlening, waardoor zij een product hebben afgesloten dat niet aansloot bij hun wensen. Consumenten hebben hierdoor een financieel nadeel geleden.
    4. De Adviseur heeft, ondanks dat hij daartoe uitdrukkelijk in de gelegenheid is gesteld, de stellingen en vordering van Consumenten niet weersproken. Nu de vordering van Consumenten tot vergoeding van een bedrag van € 42.573,00 de Commissie niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, zal deze worden toegewezen.
  • Beslissing

      

 

  1. U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 40 van het Reglement.
  2. De uitspraak heeft de vorm van een niet-bindend advies. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep open bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. U kunt de zaak nog wel aan de rechter voorleggen.
  3. De Commissie beslist dat de Adviseur binnen vier weken na de dag waarop een afschrift van deze beslissing aan partijen is verstuurd, aan Consument vergoedt een bedrag van € 42.573,00.
Bekijk de volledige uitspraak