Mijn Kifid

Uitspraak 2019-159 (Bindend)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-159
(prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. S. Rutten, secretaris)

Klacht ontvangen op : 23 april 2018
Ingediend door : Consument
Tegen : AEGON Schadeverzekering N.V., gevestigd te ‘s-Gravenhage, verder te noemen
Verzekeraar
Datum uitspraak : 5 maart 2019
Aard uitspraak : Bindend advies

Samenvatting

Consument heeft bij Verzekeraar een woonhuisverzekering afgesloten, waarop zij een schade heeft gemeld. Consument heeft schade geleden omdat via het dak water in de slaapkamer is gelekt. Tussen partijen staat geen discussie dat sprake is geweest van een constructiefout. Hierdoor is de schade niet gedekt onder de woonhuisverzekering.

1. Procesverloop

1.1 De Commissie beslist op basis van haar Reglement en op basis van de door partijen aan Kifid ingestuurde documenten inclusief alle bijlagen. Hieronder te verstaan het klachtenformulier, het verweerschrift, de aanvullende reactie van Consument en de nadere reactie van Verzekeraar.

1.2 De Commissie stelt vast dat het niet nodig is de zaak mondeling te behandelen. De zaak is daarom op grond van de stukken die door partijen zijn ingediend beslist.

2. Waar gaat het om?

2.1 Consument heeft bij Verzekeraar een woonhuisverzekering afgesloten, waarop zij op
13 maart 2018 een schade heeft gemeld. Consument heeft schade geleden omdat via het dak water in de slaapkamer is gelekt. Consument heeft een aannemer ingeschakeld en de schade is vastgesteld op een bedrag van € 5.424,50. De aannemer heeft tevens vastgesteld dat de schade is ontstaan als gevolg van een constructiefout. De dakpannen hebben te strak tegen het dakraam gelegen, waardoor zich aarde en bladeren hebben kunnen ophopen. Het dak-beschot is hierdoor langdurig nat geweest en daardoor doorgerot. De expert die door Verzekeraar is ingeschakeld heeft door middel van een tele-expertise ook geconstateerd dat de schade is ontstaan als gevolg van een constructiefout.

2.2 Partijen verschillen van mening over de vraag of deze schade is gedekt onder de woonhuis-verzekering. Verzekeraar voert een drietal redenen aan waarom de schade niet voor vergoeding in aanmerking komt:

1. de schade is het gevolg van een constructiefout;
2. er is sprake van schade die geleidelijk is ontstaan; en
3. het gaat om schade door slecht of achterstallig onderhoud.

2.3 Consument is het hiermee niet eens. Consument vindt dat de schade vergoed dient te worden, omdat de schade niet door de schuld van Consument is ontstaan. Voor zulke gevallen is Consument tenslotte verzekerd. Er is in het verleden wel onderhoud verricht langs de dakramen. Dat er nu een constructiefout is geconstateerd is niet de fout van Consument. Consument was er niet van op de hoogte dat er een constructiefout was.

2.3 Ook gedurende de interne klachtprocedure zijn partijen er samen niet uitgekomen, reden waarom Consument de kwestie aan de Commissie heeft voorgelegd.

3. Beoordeling

3.1 De Commissie dient de vraag te beantwoorden of Verzekeraar de schade die Consument heeft geleden moet vergoeden. De Commissie is van oordeel dat Verzekeraar zich op het standpunt heeft mogen stellen dat hij de schade niet hoeft te vergoeden en zal dit oordeel hieronder nader toelichten.

3.2 Om te beoordelen of Verzekeraar de schade die Consument heeft geleden dient te vergoeden, is van belang wat de Verzekeringsvoorwaarden over een situatie als deze zeggen. Op de woonhuisverzekering zijn de voorwaarden Aegon Woon- & VrijeTijdpakket, met voor-waardennummer 3021van toepassing (hierna de ‘Voorwaarden’). Voor zover relevant is in die voorwaarden in artikel 2.2 het volgende bepaald:

“2.2 Woonhuis Allrisk
Wat is verzekerd?
De gebeurtenissen die genoemd staan onder 2.1 zijn verzekerd. Daarnaast geldt dat bijna iedere andere onvoorzienbare gebeurtenis, die een beschadiging veroorzaakt en plotseling en onverwachts ontstaat, ook verzekerd is. In artikel 2.9 leest u in welke gevallen er geen dekking is.”

3.3 In artikel 2.9 van de Voorwaarden is vervolgens het volgende bepaald:

“Wat is niet verzekerd (standaard- en aanvullende dekking(en))?

U bent niet verzekerd:
(…)
• voor schade door een constructiefout (…)
• voor schade die geleidelijk ontstaat. (…)
• voor schade door slecht of achterstallig onderhoud aan uw woonhuis.”

3.4 Tussen partijen bestaat geen discussie dat sprake is van een constructiefout. Consument heeft zelf ook op het klachtformulier aangegeven dat sprake is van een constructiefout en Consument herhaalt dit in verschillende brieven gericht aan Verzekeraar. Daarbij komt dat zowel de aannemer die Consument heeft ingeschakeld als de expert die Verzekeraar heeft ingeschakeld en de bouwkundig expert, hebben vastgesteld dat sprake is van een constructie-fout en dat de schade als gevolg daarvan is ontstaan. Hiermee staat naar oordeel van de Commissie dan ook vast dat de schade is ontstaan als gevolg van een constructiefout.

3.5 De Commissie is met Verzekeraar van oordeel dat op grond van artikel 2.9 van de Voor-waarden geen dekking bestaat voor schade als gevolg van een constructiefout. Het gaat hier om een primaire dekkingsomschrijving. Dit houdt in dat Verzekeraar met die bepaling de grenzen heeft omschreven waarbinnen hij bereid is dekking te verlenen. Dat staat Verzekeraar ook vrij. Zie Hoge Raad 9 juni 2006, NJ 2006, 326, te raadplegen op de website www.rechtspraak.nl en GC Kifid 2018-166 en GC 2018-270, te raadplegen via de website www.kifid.nl. Een beroep op een primaire dekkingsomschrijving kan niet worden afgeweerd met de (enkele) stelling dat de schade is ontstaan buiten de schuld om van Consument en Consument niet op de hoogte was van de constructiefout.

3.6 Voor zover Consument van mening is dat Verzekeraar een expert naar het woonhuis van Consument had moeten sturen, is de Commissie van oordeel dat gelet op al het voorgaande Verzekeraar heeft mogen volstaan met een tele-expertise. Tussen partijen bestond tenslotte geen discussie over de feiten en de oorzaak van de schade.

3.7 De Commissie komt tot het oordeel dat geen dekking bestaat onder de woonhuisverzekering. Verzekeraar hoeft de schade van Consument niet te vergoeden.

4 Beslissing

De Commissie wijst de vordering af.

In artikel 5 van het Reglement van de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening is bepaald in welke gevallen beroep openstaat van bindende beslissingen van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. Daarbij geldt een termijn van zes weken na verzending van deze uitspraak. Op de website van Kifid vindt u praktische informatie over het instellen van beroep. Zie hiervoor www.kifid.nl/in-beroep-gaan-bij-kifid.]

U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 40 van het Reglement.

Bekijk de volledige uitspraak