Mijn Kifid

Beslissing 2017-305

Beslissing Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-305
(mr. B.F. Keulen, voorzitter, mr. J.S.W. Holtrop, mr. S.O.H. Bakkerus, leden en
mr. J.J. Guijt, secretaris)

Op het schriftelijk verzoek tot wraking ingevolge artikel 52 van het Reglement Ombudsman & Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (hierna: het Reglement) van:

De heer [X], hierna te noemen Consument,

tegen:

prof. mr. M.L. Hendrikse, lid van de Geschillencommissie, hierna te noemen Verweerder.

Samenvatting

Wraking lid geschillencommissie

1. Procesverloop

1.1. Bij e-mailbericht van 2 maart 2017 heeft Consument Verweerder gewraakt en bezwaar gemaakt tegen de behandeling van zijn klacht op stukken door Verweerder.

1.2. Bij brief van 28 maart 2017 heeft Verweerder schriftelijk gereageerd op het wrakingsverzoek en gemotiveerd laten weten niet in de wraking te berusten.

1.3. Aangeslotene in de hoofdzaak heeft bij e-mailbericht van 5 april 2017 medegedeeld dat het wrakingsverzoek haar inziens niet deugdelijk is gemotiveerd en dat van vooringenomenheid van Verweerder niet is gebleken. Zij refereert zich aan het oordeel van de wrakingskamer.

1.4. De Commissie heeft geen aanleiding gezien om het wrakingsverzoek in een hoorzitting te behandelen.

2. Standpunt van Consument

Consument twijfelt aan de onpartijdigheid van Verweerder omdat hij directeur is van het Amsterdam Centre for Insurance Studies (hierna: ACIS), dat nauwe banden onderhoudt met het Verbond van Verzekeraars. Consument maakt een vergelijking met de Gedragscode voor Expertiseorganisaties, waarin de expert expliciet wordt verboden om een opdracht te aanvaarden als een schijn van belangenverstrengeling bestaat. Volgens Consument bestaat die schijn van belangenverstrengeling indien Verweerder optreedt als zowel directeur van ACIS als lid van de Geschillencommissie die zijn klacht tegen Aangeslotene beoordeelt.

3. Standpunt van Verweerder

Verweerder heeft het volgende verweer gevoerd. ACIS is een onafhankelijk onderzoekscentrum waarvan 50 onderzoekers uit binnen- en buitenland deel uitmaken. Er geldt een onderzoeksprotocol dat gebaseerd is op de standaard die binnen universiteiten geldt voor onafhankelijk onderzoek. De Universiteit van Amsterdam (hierna: UvA) is penvoerder maar ACIS strekt zich verder uit dan de UvA; ongeveer de helft van de onderzoekers is niet verbonden aan de UvA. ACIS heeft zijn eigen agenda die niet afhankelijk is van derden en bepaalt zelf waaraan het aandacht besteedt. Dat kan ACIS ook omdat het geen giften van derden ontvangt. ACIS heeft geen personeel, het verbindt uitsluitend onderzoekers met elkaar. Verweerder heeft als directeur van ACIS geen gezagsverhouding tot de onderzoekers en kan hun dus ook geen dingen opleggen.

4. Beoordeling

4.1. Ingevolge artikel 52.2 van het Reglement kan een lid van de Geschillencommissie door een of meer partijen worden gewraakt op grond van te zijnen aanzien bestaande feiten of omstandigheden waardoor zijn onpartijdigheid of onafhankelijk oordeel bij de behandeling van de Klacht aan twijfel onderhevig zou kunnen zijn.

4.2. Bij de beoordeling van een verzoek tot wraking van een lid van de Geschillencommissie geldt als uitgangspunt dat het lid uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich concrete omstandigheden voordoen die een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor het oordeel dat het lid jegens de betreffende partij vooringenomenheid koestert, althans dat de bij die partij dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is. De Commissie is van oordeel dat in het onderhavige geval van dergelijke omstandigheden geen sprake is.

4.3. Consument heeft zijn verzoek tot wraking van Verweerder gestoeld op diens directeurschap van ACIS, dat volgens Consument nauwe banden onderhoudt met het Verbond van Verzekeraars. Verweerder heeft hiertegen aangevoerd dat ACIS een onafhankelijk onderzoekscentrum is dat geen giften van derden ontvangt en zelf bepaalt waaraan het aandacht besteedt. Voorts heeft Verweerder toegelicht dat ACIS geen personeel heeft zodat hij als directeur van ACIS niet in een gezagsverhouding tot de onderzoekers staat.

4.4. Het enkele feit dat Verweerder directeur van ACIS is levert geen concrete omstandigheid op die een zwaarwegende aanwijzing oplevert voor het oordeel dat Verweerder jegens Consument vooringenomen koestert, althans dat de bij Consument dienaangaande bestaande vrees objectief gerechtvaardigd is. De Commissie acht daartoe van belang dat de door Consument gestelde nauwe verbondenheid van ACIS met het Verbond van Verzekeraars in het geheel niet is gebleken. Feiten en omstandigheden die de Commissie tot een ander oordeel moeten leiden, heeft Consument niet aangevoerd en zijn ook overigens niet gebleken.

4.5. Op grond van het vorenstaande zal de Commissie het verzoek tot wraking afwijzen.
5. Beslissing

De Commissie wijst het wrakingsverzoek van Consument af en bepaalt dat de procedure wordt voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek tot wraking.

In artikel 53.6 van het Reglement Ombudsman & Geschillencommissie Financiële Dienstverlening is bepaald dat tegen de beslissing over wraking geen bezwaar kan worden gemaakt of zelfstandig beroep kan worden ingesteld.

Bekijk de volledige uitspraak