Mijn Kifid

Uitspraak 2016-518

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-518
(prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris)

Klacht ontvangen op : 8 maart 2016
Ingediend door : Consument
Tegen : DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V.,
gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Verzekeraar
Datum uitspraak : 31 oktober 2016
Aard uitspraak : Niet-bindend advies

Samenvatting

Consument heeft een conflict met het bedrijf waar hij RvC lid is. Volgens de verzekeringsvoorwaarden van de rechtsbijstandverzekering biedt de verzekering alleen dekking voor conflicten als de verzekerde met betrekking tot het conflict in de hoedanigheid van privépersoon heeft gehandeld. Werk in loondienst of werk als vrijwilliger zijn volgens de voorwaarden voorbeelden van activiteiten die door privépersonen worden ondernomen. Daarnaast zijn conflicten die niet over activiteiten als privépersoon gaan van dekking uitgesloten. De verzekeraar gaat niet tot rechtshulpverlening over omdat hij zich op het standpunt stelt dat consument deze functie niet in de hoedanigheid van privépersoon uitoefent. Consument is van mening dat hij deze functie wel in de hoedanigheid van privépersoon uitoefent omdat hij geen enkele vergoeding krijgt en hij geen zakelijk overeenkomst met het bedrijf heeft. De Commissie dient te beoordelen of de RvC lid functie van consument als functie in de hoedanigheid van privépersoon kan worden aangemerkt, meer in het bijzonder als vrijwilliger. De Commissie acht de lezing van consument een redelijke lezing omdat een functie van RvC lid die zonder zakelijke overeenkomst met het betreffende bedrijf of vergoeding van welke aard dan ook wordt uitgeoefend, in het dagelijks spraakgebruik kan worden uitgelegd als een vrijwilligersfunctie. De Commissie houdt er rekening mee dat het betreffende bedrijf een cultureel en derhalve een maatschappelijk doel dient. Door de toepassing van de contra proferentem-regel, prevaleert de lezing van consument boven die van de verzekeraar. De vordering wordt toegewezen.

1. Procesverloop

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

• Het door Consument (digitaal) ingediende klachtformulier;
• Het verweerschrift van Verzekeraar d.d. 27 mei 2016;
• De repliek van Consument d.d. 1 juni 2016;
• De dupliek van Verzekeraar d.d. 17 juni 2016.

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.

Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 14 september 2016 en zijn aldaar verschenen.

2. Feiten

De Commissie gaat uit van de volgende feiten.

2.1 Consument heeft bij Verzekeraar een Rechtsbijstandverzekering gesloten (polisnummer [nr.1]). Er is sprake van de basisdekking en daarnaast heeft Consument de module Consumeren en wonen meeverzekerd. In de toepasselijke Polisvoorwaarden 12114
(03-2014) DAS voor Particulieren (verder te noemen: de voorwaarden) is – voor zover hier van belang – het volgende bepaald:

9. Alleen verzekerd als privépersoon
U bent alleen verzekerd als privépersoon. U krijgt alleen hulp van DAS, als het conflict te maken heeft met wat u als privépersoon is overkomen of wat u als privépersoon hebt gedaan. Dit geldt ook voor de personen die samen met u op deze polis verzekerd zijn. Wat betekent dat, als privépersoon? Uw werk in loondienst is bijvoorbeeld iets wat u doet als privépersoon. Of werk als vrijwilliger. Een voorbeeld van iets wat u niet als privépersoon onderneemt: als u geld verdient zonder dat u in loondienst of ambtenaar bent. Of als u een functie hebt als bestuurder van een rechtspersoon (zoals een stichting of besloten vennootschap) met een commerciële doelstelling.

[…]

11. In welke gevallen krijgt u geen hulp van DAS
[…]
j. Gaat het conflict niet over activiteiten als privépersoon? Dan krijgt u geen hulp van DAS.
[…]

Module Basis (dekkingsoverzicht)
[…]
U krijgt hulp bij conflicten Die te maken hebben met uw optreden als vrijwilliger
Waar bent u verzekerd? Europese Unie
Kostenmaximum € 60.000
Minimum belang € 175

2.2 Op 11 januari 2016 heeft Consument Verzekeraar om rechtsbijstand verzocht. In zijn verzoek heeft Consument het volgende medegedeeld:

Ben onbezoldigd lid van RvC daar speelt een zaak waar RvC zich over moet uitspreken met kans op behoorlijke impact voor organisatie. De RvC informatievoorziening was niet tijdig en onvolledig belangrijke vergadering was 8 jan. Ik overweeg ontslag te nemen en zou graag op korte termijn een RvC gespecialiseerde advocaat om advies willen vragen om mijn positie te verzekeren.

2.3 Verzekeraar heeft het verzoek van Consument afgewezen omdat de verzekering alleen dekking biedt voor particulieren en de door Consument aangemelde zaak hier volgens Verzekeraar niet onder valt.

3. Vordering, klacht en verweer

Vordering Consument
3.1 Consument vordert vergoeding van zijn advocaatkosten ad € 2.117,50.

Grondslagen en argumenten daarvoor
3.2 Deze vordering steunt, kort en zakelijk weergegeven, op de volgende grondslag. Verzekeraar is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van zijn verbintenissen uit de Rechtsbijstandverzekering. Consument voert hiertoe de volgende argumenten aan.
• Consument heeft twee rechtsbijstandverzekeringen één voor particuliere geschillen bij Verzekeraar en één voor zakelijke geschillen bij een andere verzekeraar. De zakelijke rechtsbijstandverzekering biedt geen dekking voor het geschil van Consument omdat hij geen zakelijke overeenkomst met het bedrijf heeft waar hij RvC lid is. De functie betreft een onbezoldigde functie, zelfs de (reis)kosten kunnen niet worden gedeclareerd. De functie van Consument betreft dan ook een functie die hij als privépersoon uitoefent met als gevolg dat Verzekeraar dekking dient te verlenen. De RvC lid functie van Consument is te vergelijken met een bestuursfunctie bij een hockeyvereniging of voetbalclub.
• Indien Verzekeraar dekking zou verlenen voor het onderhavige geschil dan is het risico voor Verzekeraar beperkt aangezien het bedrijf waar Consument de functie van RvC lid uitoefent zich heeft verzekerd tegen claims ten aanzien van activiteiten en besluiten van haar bestuur en RvC.
• In de toepasselijke voorwaarden is dekking niet uitgesloten als het geschil verband houdt met een functie als lid van de RvC. Derhalve zijn de voorwaarden niet duidelijk.
• Verzekeraar heeft veel tijd nodig gehad om een standpunt in te nemen. Hieruit valt af te leiden dat de betreffende behandelaar van de zaak niet de competenties heeft om als zaakbehandelaar te functioneren.

Verweer Verzekeraar
3.3 Verzekeraar heeft de stellingen van Consument gemotiveerd weersproken. Voor zover nodig zal de Commissie bij de beoordeling daarop ingaan.

4. Beoordeling

4.1 De vordering van Consument zal beoordeeld worden op basis van de tussen partijen gesloten Rechtsbijstandsverzekering en de op die verzekeringsovereenkomst toepasselijke voorwaarden. Volgens art. 9 van de voorwaarden biedt de rechtsbijstandverzekering alleen dekking voor conflicten als de verzekerde met betrekking tot het conflict in de hoedanigheid van privépersoon heeft gehandeld. Het begrip privépersoon in de voorwaarden wordt toegelicht door een aantal voorbeelden. Werk in loondienst of werk als vrijwilliger zijn volgens de voorwaarden voorbeelden van activiteiten die door privépersonen worden ondernomen. Ter beoordeling van de Commissie ligt de vraag voor of de RvC lid functie van Consument als een functie in de hoedanigheid van privépersoon kan worden aangemerkt.

Meer in het bijzonder gaat het, gelet op de voorbeelden die in de omschrijving van de dekking zijn genoemd, om de vraag of Consument werkzaamheden als lid van de RvC als vrijwilliger uitvoert. Het gaat dus over de uitleg van het woord “vrijwilliger”. De Commissie overweegt hierover als volgt.

4.2 Bij de uitleg van de verzekeringsvoorwaarden is bepalend hetgeen partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten, het zogenoemde Haviltex-criterium (HR 13 maart 1981, NJ 1981, 635). Een zuivere taalkundige uitleg is voor de uitleg van de voorwaarden niet doorslaggevend. Voorts dient rekening te worden gehouden met de bijzondere omstandigheden van het geval. Een bijzondere omstandigheid in dezen is, dat partijen niet hebben onderhandeld over de voorwaarden. Dit betekent dat de voorwaarden in beginsel objectief moeten worden uitgelegd. Zie onder andere Hof Leeuwarden, 3 augustus 2010 ECLI: NL: GHLEE: 2010:BN3280 r.o. 13 en GC 30 januari 2015, 2015-300 r.o. 4.2.

4.3 Vanwege de objectieve uitleg van het begrip “vrijwilliger” zal de Commissie allereerst aansluiting zoeken bij de definitie van “vrijwilliger” zoals weergegeven in de Van Dale (zie Geschillencommissie 29 juli 2015, 2015-225, r.o. 5.3). In Van Dale, Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, 14e druk staat vrijwilliger als volgt omschreven:

1 iem. die vrijwillig iets op zich neemt, vr. vrijwilligster, syn. volontair: (scherts.) een vrijwilliger aanwijzen, zelf iem. aanwijzen voor een bep. opdracht als zich niemand vrijwillig aanbiedt; (Belg.N., scherts.) Chinese vrijwilliger, iem. die gedwongen wordt om een vervelende of moeilijke taak uit te voeren; (scherts.) het is een echte vrijwilliger, iem. die in alles zijn eigen wil doet, zich niets laat zeggen
2 (in ’t bijz.) soldaat die vrijwillig dienst genomen heeft, vr. vrijwilligster, syn. volontair: het leger bestaat uit vrijwilligers en dienstplichtigen
3 iem. die onverplicht en onbetaald in enig georganiseerd verband werkzaamheden verricht ten behoeve van (groepen uit) de samenleving, vr. vrijwilligster, syn. volontair: vrijwilliger-verzorger, iem. die belangeloos bepaalde soorten van sociaal werk verricht

Verzekeraar is van mening dat het geschil voortvloeiend uit de functie van Consument niet onder de dekking valt. Verzekeraar voert daartoe aan dat het bedrijf een vennootschap betreft die niet louter een maatschappelijk maar ook een commercieel doel nastreeft en dat de risico’s die in het maatschappelijk verkeer aan een RvC lid functie kleven duidelijk uitstijgen boven de risico’s die bij een normale particuliere rechtsbijstandverzekering verzekerd zijn. Verzekeraar verwijst voor het doel van de vennootschap naar artikel 3 van de betreffende statuten waaruit onder andere het volgende volgt: “het doen exploiteren van een schouwburg en congrescentrum en bijbehorende voorzieningen, waaronder begrepen café, restaurant en parkeerfaciliteiten”. Naar de mening van Consument betreft de functie van RvC lid een functie als vrijwilliger omdat hij geen zakelijk overeenkomst heeft met het bedrijf waar hij RvC lid is en hij tevens geen enkele (onkosten) vergoeding voor zijn werkzaamheden krijgt.
De Commissie merkt op dat uit de omschrijving zoals geciteerd uit de Van Dale blijkt dat een vrijwilliger in enig georganiseerd verband werkzaamheden ten behoeve van (groepen uit) de samenleving verricht. Uit de omschrijving van het begrip “vrijwilliger” in de Van Dale volgt niet dat dit georganiseerd verband in het geheel geen commercieel doel kan nastreven. De Commissie overweegt dat de functie van RvC lid zonder zakelijke overeenkomst met het bedrijf waarvoor de functie wordt uitgeoefend of vergoeding van welke aard dan ook in het dagelijks spraakgebruik kan worden uitgelegd als een vrijwilligersfunctie. De Commissie houdt er rekening mee dat het betreffende bedrijf een cultureel en derhalve een maatschappelijk doel dient.

4.4 Nu uit r.o. 4.3 voortvloeit dat de lezing van Consument een redelijke is, kan in het midden blijven of deze de enige lezing is of dat er in dezen meerdere lezingen mogelijk zijn. Indien een beding in een consumentenovereenkomst voor meerderlei uitleg vatbaar is en derhalve onduidelijk is, dient de contra proferentem-regel ex art. 6:238 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek te worden toegepast. Deze bepaalt dat indien twijfel bestaat over de betekenis van een beding in een consumentenovereenkomst, de meest gunstige lezing voor de Consument prevaleert. Toepassing van deze regel brengt mee dat de lezing van Consument prevaleert nu deze redelijk is. Derhalve is sprake van een gedekte gebeurtenis in de zin van de Module Basis (dekkingsoverzicht) van de voorwaarden.

4.5 De conclusie is dat het conflict in de functie van RvC lid van Consument gedekt is onder de Rechtsbijstandverzekering zodat Verzekeraar Consument onterecht rechtshulp heeft geweigerd. Derhalve is Verzekeraar gehouden om de, in deze situatie, noodzakelijk gemaakte kosten te vergoeden. Consument heeft ter zitting betoogd dat er sprake was van een urgente situatie waardoor er voor hem een noodzaak was om advocaatkosten te maken en Verzekeraar heeft zulks niet betwist. Verzekeraar dient daarom de gevorderde kosten ad € 2.117,50 te vergoeden. Alle overige door partijen ingebrachte stellingen kunnen niet tot een ander oordeel leiden en zullen derhalve onbesproken blijven.

5. Beslissing

De Commissie beslist dat Verzekeraar binnen vier weken na de dag waarop een afschrift van deze beslissing aan partijen is verstuurd, aan Consument vergoedt een bedrag van
€ 2.117,50.

De uitspraak heeft de vorm van een niet-bindend advies. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep open bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. U kunt de zaak nog wel aan de rechter voorleggen.

U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 46 van het Reglement.

Bekijk de volledige uitspraak