Mijn Kifid

Uitspraak 2009-41

Klachteninstituut Financiële Dienstverlening – Postbus 93257 – 2509 AG – Den Haag –
Tel. 070 333 89 60 – Fax 070-3338969 – www.kifid.nl
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 41 d.d. 9 juni 2009
(prof. mr. E.H. Hondius, voorzitter, mw. mr. A.M.T. Wigger en mr. J.W.H. Offerhaus)
1. Procedure
De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende
stukken:
– het dossier van de Ombudsman Financiële Dienstverlening;
– de klacht, ontvangen op 5 februari 2008;
– het verweerschrift, ontvangen op 21 juli 2008;
– conclusie van repliek, ontvangen op 17 oktober 2008;
– conclusie van dupliek, ontvangen op 10 november 2008.
De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële
Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.
De Commissie heeft vastgesteld dat beide partijen het advies als bindend zullen aanvaarden.
De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 2 april 2009.
2. Feiten
De Commissie gaat uit van de volgende feiten:
2.1 Op donderdag 5 april 2007 omstreeks 13.25 uur heeft de Consument in gezelschap
van haar buurvrouw en haar kleinkind € 50 opgenomen bij een geldautomaat aan de straat te
plaats. Haar pinpas heeft ze na het pinnen opgeborgen in jaar jaszak welke met een rits werd
afgesloten. Vervolgens is de Consument boodschappen gaan doen bij de supermarkt in het
aan de straat gelegen winkelcentrum. Bij de kassa van de supermarkt heeft de Consument
bemerkt dat haar jaszak openstond en dat haar pinpas was ontvreemd.
Na de bedrijfsleider van de supermarkt te hebben geïnformeerd heeft de Consument direct
haar pas geblokkeerd bij de in het winkelcentrum aanwezige vestiging van de Aangeslotene.
2.2 In de periode gelegen tussen het tijdstip van de diefstal en de blokkering van de pas is
er in totaal € 1.250,- van haar rekening afgeschreven.
2/4
3. Geschil
3.1 De Consument vordert de vergoeding van de door haar geleden schade, ad € 1.250,-.
3.2. Deze vordering steunt, kort en zakelijk weergegeven, op de volgende grondslagen.
De Consument vordert vergoeding van de door haar geleden schade aangezien zij voldoende
zorgvuldig is omgegaan met haar bankpas en de daarbij behorende pincode. Zij stelt dat zij
het intoetsten van haar pincode voldoende heeft afgeschermd en dat zij zorgvuldig heeft
gehandeld door haar pinpas in jaar jaszak op te bergen. Daarnaast heeft zij de diefstal
onverwijld gemeld zodat de afschrijvingen haar niet toegerekend kunnen worden.
3.3 De Aangeslotene heeft, kort en zakelijk weergegeven, de volgende verweren aangevoerd.
De Aangeslotene stelt dat nu uit de administratie van de Aangeslotene blijkt dat de pincode
direct juist is ingetoetst, de pincode bij onbevoegde(n) bekend is geweest. Aangezien derden
de pinpas hebben kunnen ontvreemden en tevens bekend waren met de pincode is de
Aangeslotene van mening dat de Consument niet heeft voldaan aan de op haar rustende
zorgplicht ten aanzien van haar bankpas en pincode.
Daarnaast is de Aangeslotene van mening dat de Consument niet onverwijld na het
bemerken van de diefstal haar pinpas heeft geblokkeerd. Op basis van artikel 6 lid 3
Voorwaarden gebruik geld- en betaalautomaten is de Consument derhalve aansprakelijk
voor de schade nu zij de verplichtingen uit hoofde van artikel 3 lid 2 niet heeft nageleefd.
4. Beoordeling
Naar aanleiding van het over en weer door partijen gestelde overweegt de Commissie als
volgt.
4.1 Volgens artikel 3 lid 1 van de Voorwaarden dient een consument met zijn bankpas en
pincode zorgvuldig om te gaan. De consument is verantwoordelijk voor (het gebruik van) de
bankpas en de pincode vanaf het moment dat hij daarover de beschikking heeft gekregen.
4.2 In artikel 6 van de Voorwaarden is bepaald dat de consument aansprakelijk is voor het
gebruik en de gevolgen van het gebruik van de bankpas in combinatie met de pincode.
Echter ingevolge artikel 6 lid 2 onder b van de Voorwaarden is na verlies of diefstal van de
pinpas de aansprakelijkheid van de cliënt voor onbevoegde opnames tot het moment van de
melding van het verlies beperkt tot een bedrag van € 150,- per bankpas.
3/4
Uitsluitend indien de Consument grove onzorgvuldigheid of nalatigheid ten aanzien van het
gebruik van de pinpas of pincode valt te verwijten wordt deze aansprakelijkheid op grond van
het bepaalde in artikel 6 lid 2 onder c of d van de Voorwaarden verhoogd tot het gehele
bedrag van de onbevoegde opnames tot het tijdstip van de melding van het verlies bij de bank.
4.3 Gelet op de door de Consument gestelde en door de Aangeslotene niet weersproken
feitelijke gang van zaken voorafgaand aan de diefstal kan niet worden gezegd dat de
Consument onzorgvuldig met haar pincode is omgegaan. Het enkele feit dat het de dader
gelukt is de bijbehorende pincode te achterhalen betekent niet dat de Consument
onzorgvuldig met haar pincode is omgegaan. Ook al zou de Consument door (zeer) zorgvuldig
te werk te gaan elke kans op afkijken van de pincode hebben kunnen voorkomen, betekent
dat niet dat haar, nu zij dit heeft nagelaten, een verwijt van onzorgvuldig handelen, laat staan
van grove nalatigheid, valt te maken.
4.4 De beperking van de aansprakelijkheid vervalt indien de Consument onzorgvuldig is
omgegaan met haar bankpas. Uit hetgeen de Consument hieromtrent heeft verklaard, maakt
de Commissie op dat de Consument haar bankpas heeft bewaard in een zijzak van haar jas,
welke door haar met een rits werd afgesloten.
Het bewaren van de bankpas in de zak van haar jas, acht de Commissie op zichzelf
onvoldoende grond om aan te nemen dat de Consument grof onzorgvuldig heeft gehandeld.
Er zijn wellicht veiligere plaatsen te bedenken voor het opbergen van een bankpas, echter de
Commissie is in dit geval van oordeel dat niet gesproken kan worden van grove
onzorgvuldigheid. Aldus heeft de bank niet aangetoond dat de Consument haar verplichtingen
uit hoofde van artikel 3 lid 1 van de Voorwaarden niet heeft nageleefd. Voor de schade die
dientengevolge is ontstaan is de Consument derhalve niet aansprakelijk.
4.5 De Commissie is van oordeel dat de Consument tijdig de vermissing van haar pas heeft
gemeld. Zij heeft direct nadat zij geconstateerd had dat haar pinpas was gestolen de
bedrijfsleider van de supermarkt aangesproken om vervolgens direct haar pinpas bij de bank te
laten blokkeren.
4.6 Uit al het bovenoverwogene volgt dat de bank de door de Consument geleden schade
dient te vergoeden, zulks echter met uitzondering van de € 150,-. eigen risico. De bank zal
tevens worden veroordeeld tot vergoeding van het klachtengeld.
4.7 Het heeft de Commissie voorts verbaasd dat de Aangeslotene is gekomen met de
stelling dat het enkele feit dat het de dader is gelukt de pincode te achterhalen betekent dat de
Consument onzorgvuldig met zijn pincode is omgegaan. Deze stelling is mogelijk op zichzelf te
verdedigen, maar zij is in vaste jurisprudentie van de Geschillencommissie bankzaken, de voorgangster
van de Commissie, steeds afgewezen.
4/4
5. Beslissing
De Commissie beslist, als bindend advies, dat de Aangeslotene binnen een termijn van vier
weken na de dag waarop een afschrift van deze beslissing aan partijen is verstuurd aan de
Consument vergoedt een bedrag van € 1.250,- – minus € 150,- eigen risico – met rente
gelijk aan de wettelijke rente vanaf de verzenddatum van dit bindend advies tot aan de dag
van algehele voldoening, en met vergoeding aan de Consument van diens eigen bijdrage aan
de behandeling van deze klacht, zijnde € 50,-.

Bekijk de volledige uitspraak