Mijn Kifid

Uitspraak 2010-108

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 108 d.d.
7 juni 2010
(mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. E.M. Dil – Stork en mr. B.F. Keulen)

1. Procedure

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:
– de door partijen met de Ombudsman Financiële Dienstverlening gevoerde
Correspondentie, waaronder een door Consument op 2 januari 2009 ondertekend
vragenformulier;
– het door Consument ingevulde en ondertekende vragenformulier met bijlagen, ontvangen op 14 september 2009;
– het antwoord van Aangeslotene van 22 december 2009 met bijlagen;
– de repliek van Consument van 7 januari 2010 met bijlage;
– de dupliek van Aangeslotene van 29 januari 2010 met bijlage;
– de Bijzondere voorwaarden PER062, ontvangen van Aangeslotene per e-mail op 3 mei
2010;
– de bladzijden 6 t/m 8 van de Handleiding Roy-Data, door Aangeslotene overgelegd tijdens
de hierna te noemen zitting van 11 mei 2010.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft voorts vastgesteld dat beide partijen het advies als bindend zullen aanvaarden.

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling te Den Haag op dinsdag 11 mei 2010.

2. Feiten

De Commissie gaat uit van de volgende feiten:
– Consument heeft door bemiddeling van Aangeslotene met ingang van 27 oktober 2006 bij een verzekeraar een motorrijtuigverzekering gesloten.
– Artikel 14.2.b van de op de verzekering bij het afsluiten ervan van toepassing zijnde polisvoorwaarden bepaalt:
‘Op de ingangsdatum van de verzekering wordt de netto premie (…) vastgesteld.
Uitgegaan wordt van:
– trede 3 uit de bonus/malus-ladder
– zoveel treden extra als overeenkomt met het aantal schadevrije jaren dat aangegeven
wordt op een overgelegde, geldige royementsbevestiging,
– indien maximaal 7.500 respectievelijk, 12.000 / 20.000 km per jaar wordt gereden,
worden vijf respectievelijk vier extra treden toegepast,
– (…)’.
Het artikel vermeldt vervolgens de bonus/malus-ladder. Volgens deze bonus/malus-ladder is de hoogst te bereiken b/m-trede trede 19.
– Nadien zijn de polisvoorwaarden gewijzigd. Artikel 14.2.b is echter ongewijzigd gebleven.
– Vervolgens heeft Consument op 23 september 2007 een schade veroorzaakt, met consequenties voor zijn b/m-trede als gevolg.
– Op 1 oktober 2008 is de verzekering geëindigd. Ter gelegenheid daarvan is in Roy-data vermeld dat Consument recht heeft op 10 schadevrije jaren.

3. Geschil

3.1 Consument vordert blijkens het door hem op 2 januari 2009 ingevulde vragen¬formulier, vermelding in Roy-data dat hij recht heeft op 18 (= 28 – 10) schadevrije jaren.

3.2 Deze vordering steunt, kort en zakelijk weergegeven, op de volgende grondslagen.
Volgens artikel 14.2.b van de polisvoorwaarden is bij aanvang van de verzekering trede 3 van toepassing, vermeerderd met 5 of 4 treden wegens een beperkt jaar¬kilometrage en het aantal schadevrije jaren van de overgelegde royementsverklaring. Consument kwam hierdoor op in totaal 28 treden. Ook Aangeslotene gaat hiervan uit. Het polisartikel vermeldt niet dat de treden boven trede 19 met trede 19 gelijk worden gesteld. Evenmin vermeldt het polisartikel dat na één schade de schadevrije jaren boven trede 19 vervallen. Daarom kan Consument niet na één schade naar 10 schadevrije jaren terugvallen. Bij het royement van de verzekering had rekening moeten worden gehouden met de aanvangstrede 28 en daarom had de eindtrede moeten worden verhoogd met 9 ( = 28 minus 19). Consument heeft in 30 jaar rijden slechts één schade veroorzaakt.

3.3 Aangeslotene heeft, kort en zakelijk weergegeven, de volgende verweren gevoerd.
De verzekering kwam tot stand op basis van 21 schadevrije jaren en inschalingstrede 7, derhalve trede 28. Deze trede is vastgesteld conform artikel 14.2.b van de bij het sluiten van de verzekering geldende polisvoorwaarden.
Consument heeft bij aanvang van de verzekering veel schadevrije jaren ingebracht. Aangeslotene telt als het ware door boven trede 19 om die schadevrije jaren te beschermen. Zou Consument geen niet-verhaalbare schade hebben geclaimd dat was een b/m-verklaring afgegeven met daarop 23 schadevrije jaren (21 + 2).
Consument heeft echter wel een dergelijke schade geclaimd. Op grond van artikel 14.2.b van de op het moment van het ontstaan van de schade geldende polis¬voorwaarden is een terugval berekend van zijn schadevrije jaren. De schadevrije jaren opgebouwd boven de maximale trede volgens de polisvoorwaarden verliezen na het claimen van de schuldschade namelijk hun waarde.
Als gevolg van de niet-verhaalbare schade van 23 september 2007 is de b/m-trede toen gesteld op trede 16 conform de bonus/malus-ladder.
Consument heeft de verzekering per 1 oktober 2008 beëindigd. Toen is het aantal schadevrije jaren als volgt vastgesteld: huidige trede 17 minus inschalingstrede 7 = 10 schadevrije jaren.
Dit is een in de branche volstrekt gebruikelijke en bekende berekeningswijze. Ook de door Consument bij aanvang van de verzekering overgelegde royementsverklaring volgde deze berekeningswijze.

4. Zitting

Ter zitting hebben partijen hun standpunten nader toegelicht.
– Consument heeft nog aangevoerd dat voor hem volstrekt onbegrijpelijk is waarom hij na één schade is teruggevallen op slechts 10 schadevrije jaren. Dit mede gelet op het vermelde achter het tweede gedachtenstreepje van artikel 14.2.b van de polisvoorwaarden. Daaruit blijkt niet dat aanvangstrede 28 gelijk is aan trede 19. Bij afloop van de verzekering moet trede 19 weer opgehoogd worden.
– Aangeslotene heeft aangevoerd dat zij de Roy-dataregeling gelet op het vermelde in Bedrijfsregeling 11 inzake Roy-data en in de handleiding Roy-data correct heeft toegepast.

5. Beoordeling

5.1 In artikel 1 van Bedrijfsregeling 11 inzake Roy-data is vermeld dat bij beëindiging van de verzekeringsovereenkomst de motorrijtuigverzekeraar de royementsgegevens aan Roy-data moet aanleveren op basis van zuivere schadevrije jaren. Volgens de toe¬lichting op de Bedrijfsregeling en ook volgens de handleiding Roy-data zijn zuivere schadevrije jaren:
‘Het aantal schadevrije jaren waarbij rekening is gehouden met een eventuele tussen¬tijdse terugval in het aantal schadevrije jaren als gevolg van aan de verzekerde toe te rekenen schades. In het aantal zuivere schadevrije jaren worden regelingen of producten zoals bonusbescherming, coulance halve verleende extra treden, zo¬genaamde vrouwentreden en andere ‘commerciële’ tarieftechnische treden niet meegenomen. Het aantal schadevrije jaren heeft betrekking op de schadevrije jaren die de polishouder zou hebben opgebouwd op de hoofdpremievervaldatum.’

5.2 Gelet op dit een en ander heeft Aangeslotene terecht het standpunt ingenomen dat Consument bij het beëindigen van zijn motorrijtuigverzekering slechts aanspraak had op trede 19 – 3 (in verband met de door hem op 27 september 2007 veroorzaakte schade) + 1 (wegens het na de schade een jaar schadevrij rijden) = 17 treden verminderd met de door Consument ontvangen 7 inschalingstreden = 10 schadevrije jaren. Aangeslotene heeft dan ook terecht dit aantal schadevrije jaren opgegeven aan Roy-data.

6. Beslissing

De Commissie wijst, als bindend advies, de vordering af.

Bekijk de volledige uitspraak