Mijn Kifid

Uitspraak 2019-147 (Bindend)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-147
(prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. dr. drs. H.M.B. Brouwer, secretaris)

Klacht ontvangen op : 13 juli 2018
Ingediend door : Consument
Tegen : Achmea Schadeverzekeringen, gevestigd te Apeldoorn, h.o.d.n. FBTO, verder te noemen
Verzekeraar, waarbij de uitvoering geschiedt door Stichting Achmea Rechtsbijstand,
gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Uitvoerder
Datum uitspraak : 28 februari 2019
Aard uitspraak : Bindend advies

Samenvatting

Consument stelt zich op het standpunt dat hij verzekerd is voor rechtsbijstand bij het opeisen van zijn legitieme portie nu onder de Module Consument & Wonen rechtsbijstand is gedekt bij een conflict over iets dat te maken heeft met personen- en familierecht. Uit de bepaling in de Voorwaarden blijkt echter dat hiervan bijvoorbeeld sprake is bij een conflict over afstamming of een geboorte. Dit geldt echter niet voor een conflict over een erfenis. Een dergelijk soort conflict valt onder de dekking van de rubriek Inkomen. Indien Consument zich ook daarvoor had willen verzekeren, zou hij hebben moeten kiezen voor de module Inkomen. Bij de bepaling uit de Voorwaarden waarop Consument zich beroept, staat een voorbeeld waar op geen enkele wijze wordt verwezen naar een erfrechtelijk conflict. De klacht van Consument ongegrond is en Uitvoerder de claim heeft mogen afwijzen.

1. Procesverloop

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

· het door Consument (digitaal) ingediende klachtformulier;
· het verweerschrift van Uitvoerder;
· de repliek van Consument;
· de dupliek van Uitvoerder.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat het niet nodig is de zaak mondeling te behandelen. De zaak kan daarom op grond van de stukken worden beslist.

2. Feiten

De Commissie gaat uit van de volgende feiten.

2.1 De rechtsbijstandverzekering, verder te noemen de Verzekering van Consument is ingegaan op 1 maart 2018. Op de Verzekering zijn van toepassing de Voorwaarden van de FBTO Rechtsbijstandverzekering RH2017, verder te noemen de Voorwaarden. Op het polisblad staat dat de volgende modules zijn verzekerd: Consument & Wonen, Verkeer en Medisch. Niet verzekerd is de module Inkomen.

2.2 De volgende bepalingen uit de Voorwaarden zijn relevant voor onderhavige klacht.

Artikel 4 b. – onder de kop ‘Wanneer krijgt u juridische hulp van Achmea Rechtsbijstand?’ – van de Bijzondere voorwaarden Consument & Wonen luidt:

‘U krijgt juridische hulp van Achmea Rechtsbijstand in de volgende situaties: […] b. U heeft een conflict over iets dat te maken heeft met personen-en familierecht. Bijvoorbeeld over afstamming of een geboorte.’

Artikel 5 l. – onder de kop ‘Wanneer krijgt u juridische hulp van Achmea Rechtsbijstand?’ – van de Bijzondere voorwaarden Inkomen luidt:

‘U krijgt juridische hulp van Achmea Rechtsbijstand in de volgende situaties: U heeft een conflict over een erfenis. Degene die de erfenis nalaat, is overleden na de ingangsdatum van deze verzekering. Dan krijgt u juridische hulp.’

2.3 Consument heeft geclaimd bij Uitvoerder ten behoeve van het opeisen van de legitieme portie met schadedatum 4 april 2018. Uitvoerder heeft de claim afgewezen op grond van het feit dat het probleem met het opeisen van de legitieme portie niet onder de Verzekering valt.

3. Vordering, klacht en verweer

Vordering Consument
3.1 Consument vordert rechtsbijstand bij het opeisen van de legitieme portie.

Grondslagen en argumenten daarvoor
3.2 Deze vordering steunt, kort en zakelijk weergegeven, op de grondslag dat Verzekeraar zijn verbintenissen op basis van de verzekeringsovereenkomst niet is nagekomen.

Uitvoerder heeft de claim afgewezen omdat Consument niet verzekerd is voor juridische hulp van Uitvoerder bij een conflict over een erfenis. Consument is wel verzekerd voor juridische hulp bij een conflict over iets dat te maken heeft met personen- en familierecht, bijvoorbeeld over afstamming of een geboorte. Op basis hiervan heeft Consument recht op rechtsbijstand. Consument voert hiertoe de volgende argumenten aan.
· In artikel 4 b van de Bijzondere voorwaarden Consument en Wonen wordt geen melding gemaakt van het feit dat het opeisen van de legitieme portie hierbuiten valt. Evenmin wordt verwezen naar de module Inkomen. In de bepaling staat duidelijk vermeld dat familierecht daaronder valt en Consument mag er als leek vanuit gaan dat het opeisen van de legitieme portie hieronder valt.

Verweer Uitvoerder
3.3 Uitvoerder heeft, kort en zakelijk weergegeven, de volgende verweren gevoerd:
· Consument vraagt om juridische hulp bij het opeisen van de legitieme portie. Hiertoe heeft Consument echter niet de juiste module afgesloten. Het geschil van Consument valt onder de module Inkomen en niet, zoals Consument stelt, onder de module Consument & Wonen.
· Ook voor een juridische leek is het evident dat het opeisen van een legitieme portie in het kader van een erfenis te maken heeft met erfrecht en niet met personen- en familierecht. De polisvoorwaarden zijn duidelijk, ook gezien het voorbeeld dat genoemd wordt: ‘[…] Bijvoorbeeld over afstamming of een geboorte’. Van een Consument mag verwacht worden dat hij de polisvoorwaarden leest en nagaat wat onder welke module valt.
· Het personen- en familierecht is op een andere plaats geregeld in de wet dan het erfrecht. Het personen- en familierecht is terug te vinden in boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Dit boek is getiteld ‘Personen- en familierecht’ en hierin zijn onder meer bepalingen opgenomen over het huwelijk, adoptie en het gezag over minderjarige kinderen. Het erfrecht is geregeld in boek 4 BW, getiteld ‘Erfrecht’. Nu het erfrecht niet onder het personen- en familierecht valt en Consument als burger geacht wordt de wet te kennen, zijn de voorwaarden duidelijk genoeg op dit punt.

4. Beoordeling

4.1 Consument stelt zich op het standpunt dat hij verzekerd is voor rechtsbijstand bij het opeisen van zijn legitieme portie nu onder de Module Consument & Wonen rechtsbijstand is gedekt bij een conflict over iets dat te maken heeft met personen- en familierecht. Uit de bepaling in de Voorwaarden blijkt echter dat hiervan bijvoorbeeld sprake is bij een conflict over afstamming of een geboorte. Dit geldt echter niet voor een conflict over een erfenis. Een dergelijk soort conflict valt onder de dekking van de rubriek Inkomen. Zie art. 5 l. van de Bijzondere Voorwaarden Inkomen. Indien Consument zich ook daarvoor had willen verzekeren, zou hij hebben moeten kiezen voor de module Inkomen.

4.2 In de wetgeving is een onderscheid gemaakt tussen personen- en familierecht enerzijds en erfrecht anderzijds. Het eerstgenoemde rechtsgebied is geregeld in Boek 1 Burgerlijk Wetboek (BW), het laatstgenoemde rechtsgebied is geregeld in Boek 4 BW. Bij de bepaling uit de Voorwaarden waarop Consument zich beroept, staat een voorbeeld waar op geen enkele wijze wordt verwezen naar een erfrechtelijk conflict.

4.3 De conclusie is dat niet is komen vast te staan dat Uitvoerder gehouden is rechtsbijstand te verlenen. Hij heeft het onderhavige verzoek om rechtsbijstand mogen afwijzen omdat dit niet onder de dekking viel. Consument is niet verzekerd voor rechtsbijstand voor de module Inkomen, op basis waarvan rechtsbijstand is gedekt bij conflicten over een erfenis. Dat houdt in dat de klacht van Consument ongegrond is en Uitvoerder de claim heeft mogen afwijzen.

5. Beslissing

De Commissie wijst de vordering af.

In artikel 5 van het Reglement van de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening is bepaald in welke gevallen beroep openstaat van bindende beslissingen van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. Daarbij geldt een termijn van zes weken na verzending van deze uitspraak. Op de website van Kifid vindt u praktische informatie over het instellen van beroep. Zie hiervoor www.kifid.nl/in-beroep-gaan-bij-kifid.

U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 40 van het Reglement.

Bekijk de volledige uitspraak