Mijn Kifid

Kifid: rentetarief Flexibel Hypotheek Krediet moet in de pas blijven met relevante marktrente

Ook bij een doorlopend krediet waarbij geleend is met de woning als onderpand, een zogenoemd Flexibel Hypotheek Krediet, mag de consument erop vertrouwen dat het rentetarief gedurende de looptijd in de pas blijft met de relevante marktrente. Dit blijkt uit een vandaag gepubliceerde tussenuitspraak van de Geschillencommissie van Kifid. Een doorlopend krediet waarbij de consument de bank het recht van hypotheek op de woning heeft gegeven, is een ander product dan een doorlopend krediet. Wat niet verschilt is dat de consument voor het afsluiten van een Flexibel Hypotheek Krediet moet kunnen overzien wat de gevolgen zijn van het recht van de bank om eenzijdig het rentetarief te wijzigen. Nu dat niet het geval is, mag de consument erop vertrouwen dat het rentetarief van haar Flexibel Hypotheek Krediet meebeweegt met de relevante marktrente.

Een consument heeft in november 2006 een Flexibel Hypotheek Krediet afgesloten bij ABN AMRO. Het kredietmaximum is 75.000 euro en bij het afsluiten van de overeenkomst is het variabel rentetarief 5,9 procent effectief per jaar. Als extra zekerheid voor terugbetaling van het krediet heeft de bank een hypotheekrecht op de woning van de consument gekregen. De consument heeft zich bij de bank beklaagd over het rentepercentage dat de bank vanaf 27 september 2015 in rekening heeft gebracht. De bank heeft ten onrechte niet de marktrente gevolgd en de in rekening gebrachte rente is ook niet in lijn met de variabele rentetarieven voor hypotheken, aldus de consument. De bank stelt dat het rentetarief marktconform was. Volgens de bank is het Flexibel Hypotheek Krediet een wezenlijk andere product dan het Flexibel Krediet en dus onvergelijkbaar; de rente van beide producten is gebaseerd op andere factoren.

Ander product; wel toepassing bekende maatstaf

Dat de bank het rentetarief van het Flexibel Hypotheek Krediet eenzijdig mag wijzigen staat niet ter discussie. Voor het antwoord op de vraag of de variabele rente die de bank heeft gerekend te hoog is geweest, maakt de Geschillencommissie gebruik van de maatstaf zoals de Commissie van Beroep uiteen heeft gezet in de uitspraken 2019-005, 2019-005A en 2019-005B. Een lijn die de Commissie van Beroep nog eens heeft bevestigd in een drietal uitspraken begin 2021. De kern daarvan is: als in de kredietovereenkomst niet duidelijk is gemaakt op welke wijze en onder welke omstandigheden de bank het rentetarief eenzijdig mag wijzigen, dan mag de consument verwachten dat het rentetarief in de pas blijft met de relevante marktrente. De hiervoor omschreven situatie doet zich ook voor in deze klachtzaak. Hoewel het Flexibel Hypotheek Krediet een ander product is, betekent dit niet dat de bekende maatstaf niet kan gelden. De Geschillencommissie concludeert dat vanwege het ontbreken van informatie over hoe en wanneer de bank het rentetarief eenzijdig mag wijzigen, de consument erop mocht vertrouwen dat het rentetarief van het Flexibel Hypotheek Krediet meebeweegt met de relevante marktrente.

Welke marktrente als referentie?

Volgens de consument had het rentetarief vanaf 27 september 2015 moeten meebewegen met het rentetarief van hypotheken met een variabele rente. Het Flexibel Hypotheek Krediet had in november 2006 meer raakvlakken met een hypotheek dan met een doorlopend krediet, aldus de consument. De bank spreekt dit tegen. Het Flexibel Hypotheek Krediet is uniek en kan niet gezien worden als een hypotheek, net zo min als het één op één vergeleken kan worden met een Flexibel Krediet. Om die reden is het volgens de bank niet mogelijk om voor het Flexibel Hypotheek Krediet een referentierente vast te stellen op basis van openbaar toegankelijke bronnen.

Bank en consument kunnen maatstaf aandragen

De Geschillencommissie heeft een tussenuitspraak gedaan, waarin zij betrokken partijen de gelegenheid geeft om in onderling overleg een geschikte maatstaf vast te stellen, die kan dienen als referentie voor de relevante markrente voor het Flexibel Hypotheek Krediet. Wanneer de bank en de consument geen overeenstemming kunnen bereiken over een geschikte maatstaf, dan zal de Geschillencommissie die in haar einduitspraak bepalen.

Deze tussenuitspraak GC 2021-0633A  over de klacht van een consument tegen ABN AMRO is bindend.

Soortgelijke klachten Flexibel Hypotheek Krediet

Kifid heeft meerdere klachten van consumenten over het rentetarief van een Flexibel Hypotheek Krediet in behandeling. Met het beoordelen van deze klachten wacht Kifid totdat de Geschillencommissie in de hiervoor genoemde klachtzaak een einduitspraak heeft gedaan. Bij de beoordeling van deze klachten zal de Geschillencommissie de lijn volgen zoals in de vandaag gepubliceerde uitspraak uiteengezet. Vanzelfsprekend wordt iedere klacht op zijn specifieke omstandigheden beoordeeld, wat ertoe kan leiden dat een uitspraak afwijkt.

Ook interessant